Controle afspraak hematoloog, voor vierde R-FC

Deze keer niet ’s ochtends vroeg, maar om 11.40u melden we ons voor bloedprikken. Wat een drukte in de wachtkamer! Populair volkje die specialisten van de afdeling interne geneeskunde.
Bloedprikken gaat vlot, maar de hematoloog loopt nogal uit: in plaats van 12.10u worden we pas om 12.45u door haar gehaald.
Ze is zich er van bewust, want is wat haastig met het bespreken van de bloedresultaten. Maar het lichamelijk onderzoek naar vergrote klieren en het luisteren naar de longen doet ze gelukkig wel grondig.
Terwijl zij daarmee bezig is, maak ik deze keer maar even een foto van het computerscherm waarop Henny’s uitslagen staan. Normaal schrijf ik altijd mee als ze de belangrijkste getallen laat zien, maar deze keer noemde ze die niet één voor één op. Met de foto op zak hoeven we toch niet te wachten op de resultaten in ‘MijnRadboud’.

De leukocyten zijn gedaald naar 2.8 en daarmee een beetje onder de minimumwaarde gedoken. Hij begon in maart met 95.8 en de normaalwaarde ligt tussen 4 en 11.
De trombocyten zijn met 96 iets hoger dan de vorige keer (90), maar nog wel een beetje te laag. Ook van de neutrofielen zijn er nog te weinig.
De hematoloog besluit om Henny nu toch de volle laag te geven, dus de maximale dosis van de chemotherapie.

Op naar de apotheek… Succes

Bij vertrek uit de spreekkamer zeggen we: “op naar de apotheek voor de grootste uitdaging van de dag”, waar ze hard om begint te lachen en op antwoordt: “Ja, inderdaad. Succes.”
Het verhaal van de apotheek is een apart bericht waard, dus dat kunnen jullie elders lezen.

De toediening van de Rituximab op de dagbehandeling verloopt deze keer vlot en zonder bijzonderheden. Start om 13.45u en klaar om 15.45u. Henny dommelt zich er vooral doorheen en ik zit er bij en kijk er naar met een tijdschrift op schoot.

Thuisgekomen slaapt Henny nog 2 uurtjes en na het avondeten duiken we op tijd in bed.

Kwaadaardig

Gelezen in een Facebook bericht van Wim Daniëls:

Eerst kreeg ik een berichtje van een man die boos was. Niet op mij, maar op de taal. Hij had zijn vrouw verloren. Ze was gestorven aan iets wat de dokter ‘kwaadaardig’ had genoemd. En dat woord stak hem: kwaadaardig. Er was namelijk helemaal niks aardigs aan geweest. Waarom dan zo’n woord gebruiken, vroeg hij zich af.

Ik heb hem proberen te kalmeren. De taal kan er sowieso nooit iets aan doen natuurlijk, maar in dit geval gaat het ook helemaal niet om ‘aardig’ maar om ‘aard’ met het achtervoegsel -ig. De vrouw van de man had iets dat ‘een kwade aard’ had. En dat noemen we dan kwaad+aard+ig.

Vandaag kreeg ik een mailtje van iemand die dit soort woorden verzamelt: woorden of woordcombinaties die een tegenstelling in zichzelf hebben (‘manwijf’) of lijken te hebben (zoals dus ‘kwaadaardig’). Ze worden ‘oxymorons’ genoemd, een woord dat een Griekse oorsprong heeft en teruggaat op twee delen: oxys (scherp) en moros (stomp). ‘Oxymoron’ is dus zelf een oxymoron.

Andere voorbeelden zijn: vakantiewerk, volledig, volop, leedvermaak, Zeeland, rampzalig, hoezo, ondersteboven, losvast, een levend lijk en uitzonderingsregel. Als je heel coulant bent, mag er ook de naam ‘Anita’ bij, die met wat smokkelwerk gehoord kan worden als: A, niet A.

Leukemie is ook verre van leuk

Hetzelfde geldt natuurlijk voor het woord leukemie. Dat is verre van leuk, maar de naam heeft betrekking op de leukocyten.

Roparun

In het Pinksterweekend zal voor de 24e keer de Roparun plaatsvinden. Een collega van Henny neemt deel aan een team als meefietsende verzorger. Een tijdje geleden vroeg hij Henny of deze een lootje wilde kopen. Henny voelde echter meer voor bedrijfssponsoring. Hij gaf het team een donatie, waarvoor zij in ruil het logo van zijn bedrijf op hun communicatie vermelden.
Dit team genaamd ‘Running STARS’ haalde 24.000,- Euro op. In totaal brengt de Nederlandse tak van Roparun ruim 2 miljoen op. Dit geld gaat naar allerlei kleinschalige initiatieven die mensen met kanker ondersteunen.
Mooi dus.

Maar toch wringt het voor mijn gevoel een beetje.
Ik lees op de website van de Roparun: “Het organiseren van een evenement als de Roparun kost veel geld. Een deel van de kosten wordt gedekt door het inschrijfgeld van de teams, maar dit is lang niet genoeg. De organisatie is dan ook voortdurend op zoek naar partners die de organisatie willen ondersteunen, zowel in geld als in goederen en diensten.”
Het fenomeen fondsenwerving via activiteiten vind ik eigenlijk bizar. Mensen gaan sporten, andere mensen moeten hen daarvoor sponsoren, weer andere mensen verdienen hun brood met het organiseren dat mensen gesponsord gaan sporten.
Oké, het brengt uiteindelijk geld op voor goede doelen. Maar waarom kunnen die nuttige of soms zelfs broodnodige activiteiten van goede doelen niet uit gewone algemene middelen komen? Jaja ik weet wel: zorgverzekeraars zitten zo lekker op hun grote reserves, de overheid vindt dat iedereen zijn eigen boontjes maar moet doppen en niemand wil nóg meer belasting betalen.

Waarom is zo’n hype nou nodig?

Als het dan toch uit onze eigen portemonnees moet komen… waarom géven mensen niet gewoon aan goede doelen? Waarom blijken mensen opeens vrijgeviger te worden als er een hype wordt gecreëerd? En de Roparun is natuurlijk niet de enige, denk aan de Alpe d’Huzes en het Glazen Huis. Omdat we geen collectanten meer op de stoep willen? Als een collega, buurvrouw of iemand uit je vriendenkring je vraagt om te sponsoren dan kun je dat niet weigeren?

Dat er geld wordt opgehaald is natuurlijk fantastisch, begrijp me niet verkeerd. Maar al die tamtam zou niet nodig moeten zijn om mensen hun portemonnee te laten trekken.
Geef om anderen en geef!
En zoek daarvoor zelf eens een goed doel uit.

Halverwege

De eerste drie behandelingen zitten erop en als het totale aantal bij zes blijft, dan zijn we nu dus al op de helft. Daarnaast zitten we nu ongeveer halverwege de derde maand. De derde dip is ook achter de rug en we leiden zo’n beetje ons ‘gewone’ leven. Gewoon, want we zijn inmiddels gewend aan de hygiene- en voedingsmaatregelen, net als aan op tijd naar bed gaan en zorgen dat we onze rust pakken. We werken allebei veel thuis en dat is prettig. Voor Henny betekent dat een kortere werkdag en voldoende kans om even te relaxen.

Een paar dagen geleden bespraken we de toestand van zijn spieren: die voelen wat slapjes aan. Reden om ons trainingsapparaat – die nog opgeslagen stond in de garage – naar boven te halen en weer in gebruik te nemen.
Bewegen en in beweging blijven is belangrijk. Vooral omdat hij ook wat stijfheid in de spieren en gewrichten voelt. Hij ‘kraakt en piept’ bij het opstaan uit bed en stoel. Zo langzamerhand nemen die klachten en de vermoeidheid een beetje toe na elke volgende behandeling.

Maar, de zomer is begonnen en we genieten volop van het mooie weer, ons fijne appartement en van de mooie omgeving waar we wonen. Afgelopen zondag zaten we heerlijk op dit terras met een glas Grüner Veltliner en dit uitzicht. Dat is genieten!

Handen wassen

Op 5 mei dacht ik op de radio gehoord te hebben dat het de Dag van het Handen Wassen was. Toen ik op het web ging zoeken bleek die dag pas op 15 oktober te zijn. Maar ik vind dat ik toch reden genoeg heb om iets over handen wassen te schrijven, want uiteindelijk is elke dag handenwasdag. Voor Henny is handen wassen of ontsmetten nu nog belangrijker dan dat het altijd al voor iedereen is!

Handen wassen lijkt voor ons zo normaal en logisch. In 1847 ontdekte de vrouwenarts Ignaz Semmelweis dat handen wassen het overdragen van bacteriën voorkomt en dat het de sterfte bij kraamvrouwen vermindert. Het duurde echter nog tot 1890 voordat ook andere medici zijn ideeën over de antiseptische werking accepteerden.
Toch is het voor veel mensen nog steeds minder vanzelfsprekend dan het ons lijkt. De slechte hygiëne in sommige delen van de wereld veroorzaakt onder andere sterfte door diarree en resulteert in vele miljoenen doden per jaar, vooral onder kinderen.

Het promoten van handen wassen en bewustwording creëren door middel van de Dag van het Handen Wassen is een van de manieren om de Millenium Development Goals m.b.t. het terugdringen van kindersterfte te behalen. Overal ter wereld worden er – vooral in ontwikkelingslanden – door overheden en NGO’s initiatieven ontplooid om handen wassen onder kinderen te vergroten.

Ook in onze maatschappij kan nog wat verbeterd worden aan de discipline ten aanzien van handen wassen. Check eens in dit artikel over handen wassen of je het zelf wel vaak en goed genoeg doet.