Vandaag exact 5 jaar geleden ging ik naar de huisarts met een zwelling in de lymfeklier in mijn hals. In eerste instantie geen echte diagnose, maar voor de zekerheid even bloed prikken.
Vier dagen later een telefoontje van de huisarts, of ik direct wilde komen! Ik was in Rotterdam, dus kreeg ik de uitslag (bij hoge uitzondering) via de telefoon; de hoeveelheid witte bloedlichaampjes is zo hoog dat we het vermoeden hebben dat het om leukemie gaat. Naar welk ziekenhuis wil je? Doe maar RadboudUMC. Oké, dan ga ik nu voor je bellen en ik bel je zo terug.
Na enkele – soms pijnlijke onderzoeken – was de diagnose Chronische Lymfatische Leukemie. Niet te genezen, maar wellicht wel tot stilstand – in remissie – te brengen.
Als aanpak werd begin 2015 gekozen voor een half jaar maandelijkse kuren met Rituximab, Fludarabine en Cyclofosfamide: immuno- en chemotherapie. Met succes; dit heeft tot nu toe ruim vier klachtenvrije jaren zonder medicatie opgeleverd.
Hoe gaat het? Goed! De cijfers zien er ook goed uit!

Gisteren waren we op halfjaarlijkse controle bij mijn hematoloog in het RadboudUMC. Toch weer spannend zoals altijd. Normaal vraagt ze altijd “hoe gaat het?”. Dan zeg ik “goed”. En vervolgens zegt ze “de cijfers zien er ook goed uit”. Vandaag doorbrak ze dat protocol en zei ze direct “het ziet er hartstikke goed uit, ik ben er heel erg blij mee. Gaat het goed?”
Daarna hebben we – wel netjes volgens protocol – de bloedwaarden besproken en het lichamelijk onderzoek afgewerkt. Alles prima.
De volgende afspraak is weer over een half jaar. En ja, wij mochten gerust een taartje bij de koffie.
In de beginjaren hebben we in de vorm van dit blog ons dagboek bijgehouden. Eerlijk gezegd schrijven we hier nog zeer sporadisch iets.
Het gaat ons goed.


Morgen staat het bezoek aan de hematoloog in de agenda. Maar deze avond heeft Henny opeens hevige pijn in zijn buik. Het lijkt op een niersteenaanval, zoals hij al vaker gehad heeft. Nadat hij eerder op de dag al wat paracetamolletjes slikte omdat hij zich niet helemaal lekker voelde, neemt hij ’s avonds ook nog wat naproxen. Deze pijnstillers – waar ik niet zo’n fan van ben – helpen meestal het beste. Gelukkig neemt na een poos de pijn af, waarmee ons dilemma ‘dokter bellen of niet’ vervalt. Hierna slaapt hij gewoon lekker de hele nacht door.
Het is alweer mei, de tijd vliegt! We werken, slapen, eten, drinken en gaan af en toe lekker uit. Vorige maand een heerlijke vakantie gehad, samen met vrienden, op Lanzarote. Alles kan gewoon en het is net of dat beest, genaamd leukemie, er niet meer is.